Inmiddels ben ik weer een week thuis van mijn olympisch avontuur. En nog steeds is het moeilijk te bevatten. Het voelt nog een beetje als een droom. Twee weken lang stond alles in het teken van sport, met duizenden atleten bij elkaar, nog meer journalisten om alles vast te leggen en nog eens veel meer toeschouwers die het live konden aanschouwen. Geweldig, bizar, maar vooral heel bijzonder.

Het begon natuurlijk al met de spectaculaire opening. Achter vlaggendrager Jan Smeekens aan het Olympisch Stadion in als onderdeel van de Nederlandse equipe. Het is echt een geweldige ervaring om zo’n groot stadion in te lopen. Omdat het erg koud was ben ik direct na het rondje in het stadion weer naar het Olympisch Dorp vertrokken. Daar heb ik net als vele andere Nederlanders op de NOS de opening gekeken. Het is gek om te bedenken dat ik nog geen vijftien minuten geleden zelf in dat stadion liep, waar op dat moment de Koreanen binnenkwamen.

“Na mijn eerste trainingsrun werd ik bij de finish ontvangen door niemand minder dan Koning Willem Alexander zelf.”

Pas de dag erna besefte ik dat ik toch echt op de Olympische Spelen was. Ten eerste nadat ik na mijn eerste trainingsrun bij de finish ontvangen werd door niemand minder dan Koning Willem Alexander zelf. Ten tweede omdat ik na afloop van de training wel tien journalisten om me heen had staan. Tien verschillende mediaplatforms, die allemaal wilden weten hoe mijn training was gegaan. Ja, training!! Echt bizar. Na een gemiddelde World Cup wedstrijd zijn het er drie of vier die wat van mij willen weten. Maar op de Olympische Spelen wil iedereen weten hoe het gaat, waarom ik skeleton ben gaan doen en wat mijn verwachting is van de wedstrijd. Een hele ervaring. Ik vond het vooral ontzettend leuk dat er zoveel interesse was voor mijn sport, een sport die vier jaar geleden niemand kende toen ik ermee begon.

Mijn dagen tot aan mijn wedstrijd ging heel snel en zaten ook lekker vol! Naast heel wat uurtjes slaap, trainde ik op de baan, in het krachthonk en deed ik mijn sprinttraining in de garage van ons appartementen complex. Maar eigenlijk ging nog de meeste tijd zitten in het werk naast die trainingen. Runs visualiseren op de slee, ijzers schuren, de slee checken en afstellen voor de volgende training. Ik verschool me rustig zo’n drie uur per dag in onze container om al dat sleutelwerk te doen. Alles om maar goed voorbereid te zijn op de trainingen. Alles voor een zo goed mogelijk resultaat.

Jullie weten natuurlijk allemaal dat ik als achtste ben geëindigd en dat ik daar zelf ontzettend trots op ben. Met een olympisch diploma terug naar Nederland is echt heel mooi. Maar voor mij was de wedstrijd ook het allermooiste moment van de Olympische Spelen. Vier runs mogen doen tegen de beste dames van de wereld, op dé wedstrijd waar iedereen bij wil zijn, toegejuicht door mensen die rijen dik langs de baan stonden. In één woord GEWELDIG! Ik heb er echt van genoten.

“Ik ga mijn best doen om over vier jaar mee te doen om de gouden plak.”

Na mijn wedstrijd heb ik nog veel mooie momenten meegemaakt. In de week na mijn wedstrijd kon ik tussen alle interviews door ook nog kijken bij wat andere sporten. Big air, schaatsen, parallel slalom, ijshockey en als hoogtepunt de gouden plak van Suzanne Schulting bij het shorttrack. De eerste gouden medaille op het shorttrack. Een vol stadion waarin uiteraard veel Koreanen zaten, die heel hard aan het joelen waren voor de twee Koreaanse dames in de finale, maar Suzanne pakte ze allemaal in. Geweldig om te zien. Daarnaast is zo’n moment natuurlijk ontzettend motiverend en inspirerend. Ik ga dan ook mijn best doen om over vier jaar mee te doen om de gouden plak bij het skeleton.

Maar nu eerst even wat rust pakken, even lekker ertussenuit om de batterij weer op te laden, om vervolgens half april weer fris en fruitig aan de zomertraining te beginnen.

Kimberley